Kiezen voor jong talent in een bedrijf omdat 55-plussers te dure werkkrachten zijn: een vooroordeel dat wellicht bij iedereen bekend in de oren klinkt. Dat deze profielen toch nog vaak met discriminatie te maken krijgen, bleek ook uit recent onderzoek van de UGent. Vaak worden 55-plussers echter onderschat in de rijke professionele en levenservaring die ze hebben, de stabiliteit die ze in teams kunnen brengen en hun diepe kennis van de bedrijfswereld. Onderzoek van rekruteringsspecialist Robert Half geeft aan dat 76% van 55-plussers tevreden is over zijn job. Dat is een goed teken, maar hoe kijken zij naar zaken als flexibiliteit en transparantie op de werkvloer?
De bevraging geeft inkijk in hoeveel werknemers er in de nabije toekomst plannen een nieuwe job te zoeken. Waar bij de jongste groep (-34) 25% en de 35- tot 54-jarigen 15% plant een andere uitdaging te zoeken, blijft dit bij 55-plussers beperkt tot slechts 4%. Voor zij die wel openstaan voor een nieuwe job, overheerst vaak een grote voorzichtigheid en bezorgdheid en zijn ze daarom toch terughoudender om opnieuw te solliciteren door het gevoel minder kansen te krijgen.
Anders dan wat algemeen de trend is op de Belgische arbeidsmarkt, hechten 55-plus werknemers minder belang aan bepaalde vormen van flexibiliteit. Zo acht 75% van de Belgische 55-plus werknemers een workation als niet belangrijk (-34: 55% en 35-54: 65%) en heeft iets meer dan de helft (53%) diezelfde onverschilligheid over het hebben van flexibele uren. Iets wat bij jongere generaties belangrijker is. Ook blijkt telewerk voor 55-plussers niet per se de gangbare manier van werken te zijn. 6 op de 10 geeft aan nooit van thuis uit te werken.
“Dat 55-plussers in mindere belang hechten aan die specifieke vormen van flexibiliteit, wil niet zeggen dat zij geen flexibiliteit verwachten op een andere manier. Wat die groep nodig heeft, is vaak heel anders dan wat pas afgestudeerden zoeken wat betreft flexibiliteit. Werkgevers moeten daarin een balans vinden om verschillende profielen met specifieke noden en wensen tegemoet te kunnen komen”, zegt Jeroen Diels, Regional Managing Director bij Robert Half.
Tijdens het laatste kwart van hun loopbaan, zijn er heel wat 55-plussers die de stap zetten naar freelance of interim jobs. De jobinhoud primeert op een carrière as such en dergelijke arbeidsvormen geven hen de mogelijkheid om actief te blijven, maar vooral zinvol te werken hoe zij het zelf willen. 70% geeft aan niet financieel rond te kunnen komen bij het verliezen van zijn/haar job, dus ook het financiële aspect speelt een rol.
Uit hetzelfde onderzoek blijkt ook dat er een nog een relatief grote afstand is tussen 55-plussers en werkgevers. Over het algemeen geeft de Belgische werknemer aan genoeg transparantie te hebben, maar dat is voor de oudere werknemer niet het geval. 55+ werknemers hebben het gevoel niet genoeg transparantie te krijgen over onder andere carrièremogelijkheden, strategie, toekomst, omzet en winsten van het bedrijf.
"55-plussers zitten in een hele andere levensfase dan jongere werknemers, en daar horen uiteraard ook andere behoeftes bij, niet enkel wat betreft flexibiliteit, maar ook naar de informatie die ze krijgen. Zij zullen zich daarom dan ook sneller interesseren in zaken zoals de strategie en de visie van het bedrijf”, zegt Jeroen Diels.
Die afstand is ook op te merken wanneer we kijken naar loononderhandelingen. Want voor bijna de helft (48%) van de 55+ ondervraagden zijn deze oncomfortabel en geloven ze een slechte indruk te maken wanneer ze toch een negatief antwoord krijgen.
"Door 55-plussers aan boord te halen, zet je de deur open naar diversiteit wat leeftijd betreft. Dergelijke werknemers beschikken over bakken kennis en ervaring die ze kunnen doorgeven aan de jongere generatie. Door zo’n kruisbestuiving leren je werknemers van elkaar en ontstaan er andere zienswijzen en perspectieven die enkel maar voordelig zijn,” besluit Diels.
Het betreft een onlineonderzoek uitgevoerd door onderzoeksbureau iVOX in opdracht van Robert Half tussen 4 oktober en 12 oktober 2022 bij 1500 Belgische bedienden representatief op taal, geslacht, leeftijd en diploma. De maximale foutenmarge bij 1500 Belgen bedraagt 2,43%.